De koptekst is een titel van een postduivenboek. Ik wil het vandaag hebben over onze kweekduiven. Onze lijst van kwekers op deze site met hun stamboom zijn weer actueel gemaakt.
Klik hierop om naar onze Kwekers pagina te gaan.
Het is heel gemakkelijk om onze vliegduiven te beoordelen. Ze winnen prijzen, worden duifkampioen, scoren punten en kunnen ook te laat komen of zelfs verdwalen. Ik zeg altijd, korven, korven en de mand bepaalt.
Maar voor kwekers is dat een heel andere zaak. Om ze goed te beoordelen moet je een goede kweekadministratie bijhouden en ook kritisch kunnen zijn. Je moet verder kijken dan alleen een stamboom. Een stamboom is slechts een registratie van voorouders die zeker vaak vreemd gingen waardoor ontrouw in de stamboom onopgemerkt bleef. (Nu is er DNA controle)
Zo las ik eens de volgende prachtige tekst: “Een stamboom is alleen het papier waard waarop het is gedrukt.” Vergeet alle stambomen bij het beoordelen van de kwekers. Stambomen zijn alleen waardevol bij het evalueren van een aankoop of het beslissen over paren op basis van een kweekstrategie die kennis van relaties tussen postduiven vereist. Prestaties van nakomelingen zijn de primaire en belangrijkste factor bij het evalueren van je kwekers.
Kweekzaken om te overwegen:
- Kwekers hebben twee soorten genen, degenen die tot expressie komen en progressief genoemd worden en genen die slapend of recessief zijn. Ze geven 1/2 hiervan door aan hun nakomelingen die ook 1/2 van hun andere ouder krijgen. TIP: voordat u gaat kweken en een kweekstrategie maakt is het aan te bevelen om eerst de onderstaande boeken te lezen.
- Begin met 2 tot 4 koppels goede kwekers en bouw daar een kern van op. Nogmaals, de mand, records en resultaten zijn altijd de beste manier om duiven te kiezen. Vertrouw nooit alleen op iemands woord, gebruik echte gegevens om weloverwogen beslissingen te nemen.
- Heeft u met uw kwekers nakomelingen voortgebracht uit meer dan één partner? Het is het beste om nakomelingen van verschillende partners te hebben voordat u hun waarde evalueert. Het beste is om een kweker te testen op bewezen partners voordat u deze beslissing neemt.
- Hoeveel jongen heb je gefokt uit een kweker? Het is moeilijk om een beslissing te nemen op basis van één ronde of één seizoen jonge duiven. Als je een duif koppelt aan drie verschillende partners en drie rondes per seizoen kweekt, heb je maximaal 18 jongen om een kweker op te beoordelen. Als u een goede administratie bijhoudt, weet u hoeveel er vertrokken zijn of verloren zijn gegaan en wat de jongen met de beste prestaties zijn.
- Kwaliteit is meer waard dan kwantiteit. Een kweker die 1 kampioen op 12 jongen voortbrengt, is veel beter dan een kweker die 8 goede vliegers op 12 jongen produceert. De hoogst behaalde kwaliteit is belangrijker dan het aantal vogels uit de uitgekomen duiven dat de oude duivenploeg haalt. Zelf zou ik in eerste instantie gaan voor 8 goede vliegers op 12 jongen, mede voor het spelplezier. Mocht dat zijn gelukt om dan de stap hoger te maken door 1 kampioen op 12 jongen te kweken.
- Het geld dat u aan kweekduiven uitgeeft, bepaalt niet de waarde ervan. Een aankoop van 1000 euro kan worden overtroffen door een aankoop van 25 euro (bonnetje) als de genen goed zijn en de paren complementair zijn.
Belangrijk dus om een goed kweeksysteem op te zetten. Maak een doelstelling van wat u verwacht van uw kweekduiven en wijk daar niet van af. Elke kweker die na twee of drie jaar niet voldoet aan uw doelstelling kan naar het postduiven bejaardencentrum verhuizen. Ik wil nog wel een stapje verder gaan door de hele lijn uit het vlieghok te halen. Zorg er ook voor dat 15% tot 20% van uw kwekers jaarlijks worden vervangen. Als je 10 kwekers aanschaft en er 8 jaar uit kweekt kom je voor het voldongen feit te staan dat je al je kwekers in korte tijd dient te vervangen. Vervang voortdurend de slechtere presterende kweekduiven voor nieuwe kweekduiven. Als je een kweekstrategie toepast, wordt dit een regel en praktijkstandaard. Je kunt je doelen niet bereiken tenzij je een plan hebt om daar te komen.
TIP: Het systeem bij Bas Verkerk.
Geen geloof in kweekkoppels
Bas gelooft niet in vaste kweekkoppels. En de verhalen over beredeneerde samenzettingen die een kweekkoppel hebben opgeleverd, ontlokken bij hem een minzame glimlach. Een koppel geeft volgens hem ook nooit meer dan één extra duif. Alle beroemde duiven hebben geen even goede broer of zus. En daarom wordt er veel omgekoppeld. Niet pas na een heel seizoen maar zelfs drie keer per jaar in de periode waarin ze jongen voor zichzelf kweken. Van de vroege ronde worden de eieren verlegd naar voedsterduiven. De kweekduiven zelf worden na het overleggen meteen gescheiden. En na vier dagen allemaal herkoppeld aan een andere partner. Die ronde brengen ze zelf groot en de eieren die ze leggen als die jongen een dag of 16/17 zijn worden onder de vliegduiven gestoken. Na dat overleggen van de derde ronde worden ze opnieuw een aantal dagen gescheiden en opnieuw herkoppeld. Ook die jongen brengen ze zelf groot en daarna blijven ze de rest van het kweekseizoen samen met de derde partner van dat jaar. Er zitten als alles goed gaat van elke kweekduif acht jongen met drie verschillende partners op het vlieghok.
‘Als ik ze bijeen laat zitten met één enkele partner en het pakt niet dan zit ik met 8 jongen die niets waard zijn. Daarom koppel ik ze drie keer om. Zo probeer ik even goede en indien mogelijk nog betere duiven te kweken. Het levert ook meer variatie op door alle halfbroers en halfzussen die je op die manier krijgt. Daar kun je later in de kweek ook weer verder mee komen. Want nauw in familieverband koppelen we niet. Daar proberen we zo ver mogelijk bij vandaan te blijven. Al dat omkoppelen betekent een hoop extra werk maar dat telt niet voor ons. Het gaat om het resultaat.’