20-09-2024 RUITIJD, DE BESTE VOORBEREIDING VOOR HET VOLGENDE SEIZOEN. (Willem Mulder)

De ruiperiode breekt weer aan en dan zal de rust terugkeren op het hok. Niet meer zo vaak naar de club. We gaan ons meer bezig houden met de duiven thuis. Als het goed is tenminste want de ruitijd is voor onze duiven een hele zware periode. Geen tijd om een heel goedkoop voertje te nemen en maar zien wat er van komt. Helaas is het aan dovemans oren gezegd want velen stappen af van een goed systeem en kijken alleen nog naar de prijs. Als wij liefhebbers nu verzaken, dan zul je daar volgens vliegseizoen gegarandeerd de nadelen van ondervinden. De gevolgen zijn overduidelijk: slechte rui van de veren, harde droge pennen, te korte pennen, slechte gezondheid met alle gevolgen van dien. U wordt echt genadeloos afgestraft in de volgende vliegseizoen. We moeten juist veel observeren en oppassen op de gezondheid van de duiven. Er kan nu snel iets mis gaan, want de duif is een beetje verzwakt. Een verkoudheid is snel opgelopen. Goede voeding betekent meer weerstand tegen vele ziektes en een zijdezacht verenkleed met langere pennen. Daarnaast is licht, lucht en zon ook van groot belang voor het goed verlopen van de rui.

Natuurlijk.

Ik zag deze week nog de boeren hun aardappelen met gif bespuiten, zodat het loof dood zal gaan. Geen goede reden dus om duiven maar de gehele dag op het land te laten zwerven. Ik denk dat we die tijd een beetje hebben gehad. Maar wat kunnen we dan wel doen? We kunnen natuurlijk “het veld op het hok brengen” en de goede dingen van de natuur aan de duiven voorschotelen. Zodoende laten we al die chemische middelen maar eens staan en gaan we terug naar de natuur. Natuurlijk hoeven de duiven niet de hele dag op het hok te zijn. Het is maar waar je voor kiest. Laat u ze op het hok en komen ze niet buiten, dan zal de rui sneller verlopen. De duiven laten bij goede gezondheid soms zelfs 2 of 3 pennen tegelijk vallen. Als we ze dagelijks een uurtje laten trainen zal dat niet gebeuren. De roofvogel is immers altijd actief en dan zal de duif geleidelijker ruien omdat hij alert moet blijven op aanvallen. Zijn er veel roofvogels in uw buurt? Dan is het verstandiger de duiven zo veel mogelijk in de ren te houden. Indien u die hebt, maak er dan zo veel mogelijk gebruik van. Ook een voorzet of verrijdbare ren kan nu uitkomst bieden.

Het voer.

De nieuwe oogst komt van het land. Je ziet overal de dorsmachines en boeren karren op het land en een aantal liefhebbers kopen bij de boer hun gerst en tarwe. Vooral de tarwe moet vers van het land komen wordt er gezegd. Het is dan wel niet geschoond maar wel veel goedkoper dan uit de winkel. Helaas vergeten we, dat nieuwe granen moeten drogen. Het vochtgehalte mag niet hoger zijn dan 15%. Nieuwe granen met een te hoog vochtgehalte (normaal 11% tot 13%) zorgen voor dunne mest en voor weinig enzymwerking. Daardoor ontstaat een slechte opneembaarheid van de voedingsstoffen. De duiven raken van streek en we bereiken net het tegendeel van wat we graag willen. Goed geschoonde granen met de juiste vochtbalans leveren meer gezondheid op voor uw duiven. De duiven moeten alle veren en pennen ruien en weer opnieuw aanmaken in de grote ruiperiode. Daarvoor hebben ze veel keratine eiwit nodig. De veren van vogels bevatten veel keratine. Dat zijn de zwavelhoudende eiwitten die o.a veel cysteïne bevatten. Met name in tarwe, koolzaad en raapzaad, vinden we deze voedingsstoffen. Daarom mogen deze granen en zaden in ruivoer niet ontbeken. Naast de zwavelhoudende eiwitten worden er in de ruiperiode ook andere aminozuren, vetten, mineralen, sporenelementen en vitamines aan het duivenlichaam onttrokken. We moeten dus al deze voedingsstoffen aan de duiven geven. Daarom is het goed het basisvoer te verrijken met snoepzaad, wildzangzaad, onkruidzaad, lijnzaad en wat hennep. Natuurlijk zijn er voermengelingen die helemaal volledig zijn en moeten we ons eens afvragen, wat al die toevoegingen eigenlijk wel kosten en ze bij ons goedkope basisvoer optellen. U zult zich een hoedje schrikken en de volgende keer wel een goede zak ruimengeling aanschaffen met al die vetrijke zaden erin.

Aminozuren.

Aminozuren zitten onder andere in peulvruchten zoals erwten, wikken, katjang en getoaste soja. De laatste bevat 2 x zoveel eiwit als andere peulvruchten en is ook nog eens licht verteerbaar. Soja bevat veel zwavelhoudende aminozuren en zijn daarom van groot belang bij de veeropbouw. Naast de granen, peulvruchten en zaden kunnen we de duiven ook natuurlijk bijproducten geven. Liever nu even geen chemische hocus pocus waar de rook van af komt. We moeten streven naar een zo compleet en opneembaar mogelijk aminozurenpatroon. Dat geeft de minste belasting voor de duiven, want ze hebben het al zwaar genoeg. Ruimengelingen met erg veel belastende peulvruchten moeten we dus mijden. Laten we eens kijken wat er allemaal in de natuur zelf aan waardevolle stoffen voorkomt.

Vetten.

Om de eiwitten op te nemen, binden ze zich aan vetten. Eiwitten hebben dus een “relatie” met vetten, omdat die ze naar de juiste plek voeren. Goede vetzuren zijn ook van groot belang voor de veerkwaliteit, het transporteren van vitamines, bouwstenen voor lichaamscellen, voeding voor de hersenen etc. Goede vetzuren vinden we in hennep, lijnzaad, koolzaad, raadzaad, walnoot en getoaste soja.

Mineralen en sporenelementen:

Van zeer groot belang is het verstrekken van mineralen en sporenelementen. Met het geven van een piksteentje af en toe komen we er niet. Des te beter de kwaliteit is van de mineralen, des te beter ze worden opgenomen en des te minder de duiven er van nodig hebben. En wij maar slepen met grote emmers mineralen, waarvan 80% zo weer met de mest verdwijnt. Tja, zo zijn wij duivenliefhebbers nu eenmaal. We zien de duiven graag eten. Maar de natuur is veel rijker dan u denkt. Maar als u in de stad woont, weinig tijd hebt, of liever het gemak zoekt, dan kunt u vast en zeker de goede producten uitzoeken, want die zijn er zeker wel bij!

Terug naar de natuur.

U kunt uw duiven gerust regelmatig distels geven van paardenbloemen, mier, wortels, brandnetels, zwarte bessen, vlierbessen, knoflookteentjes, uien, diverse ruibevorderende theesoorten, bepaalde soorten kruiden, ¼ liter karnemelk in het drinkwater, magere yoghurt of kwark over het voer, biergist, bakkersgist, teelaarde, leemgrond etc… te veel om op te noemen. Het is maar een greep uit de “natuur”. Deze bevatten allen veel minerale stoffen, aminozuren (eiwit) en natuurlijke vitamines. Allemaal gratis uit de natuur. U moet het alleen nog even regelen. Even uit de stoel komen en de natuur in gaan. Ook heel gezond voor u trouwens. Deze natuurlijke vitamines en voedingsstoffen hebben een opbouwende werking en een reinigende werking, in tegenstelling tot de chemische. Die hebben wel een opbouwende werking maar geen reinigende. Dat betekent: je kunt het wel geven maar de lever kan overbelast raken. Voorzichtigheid is geboden.

Lijnzaadtip.

In een eerder artikel heb ik al eens aangegeven dat lijnzaad een geweldige werking heeft in de ruiperiode. Daarom nogmaals de tip met lijnzaad in dit artikel: Breng 1 eetlepel lijnzaad aan de kook op 1 liter water. Deze 5 à 10 minuten tegen de kook aan laten doorsudderen. U laat het even iets afkoelen en giet het vocht in een kan. Het uitgekookte lijnzaad gooit u weg. Laat het niet koud worden, anders wordt het een koek en krijgt u het niet meer uit de pan. Het “lijnwater” geeft u aan uw duiven te drinken 2 à 3 keer per week. U kunt gerust voor meerdere dagen klaarmaken en bewaren. U zult verbaasd staan, hoe mooi ze er van worden. U heeft veel duiven en wilt 10 liter water aanmaken? Breng dan 1 liter water aan de kook, doe er 10 eetlepels lijnzaad in en volg verder de instructies. Na het afkoelen voegt u 9 liter water toe aan het sterkere lijnwater en klaar is kees.

Het is dus goed om regelmatig natuurlijke vitamines te geven. We hebben verschillende vitamines: A-D-E-K zijn de vetoplosbare en B en C de water oplosbare. De B vitamines zorgen voor het verhogen van de stofwisseling. Ze blijven er goed voer eten en dus krijgen ze de waardevolle voedingsstoffen binnen. Een zeer goed natuurlijk product is biergist of bakkersgist. Deze bevat veel aminozuren, mineralen en veel natuurlijke B vitamines van B¹ tot en met B15. Vitamine C kan de duif zelf aanmaken, maar om de cellen te beschermen is het niet verkeerd vitamine C bij te geven. Men kan dat doen door een beetje citoensap over het voer te geven, zwarte bessensap of vlierbessensap. Voor de vitamine A kunnen we wortels geven. Even samen met uien en knoflook in kleine stukjes snijden en in porties invriezen in de vriezer. Als je wat nodig hebt, haal je het er uit. Is er weinig zon, dat geven we wat levertraan over het voer. Deze bevat vitamine D en is zeer belangrijk voor de opbouw van huid en veren. Vooral tarwekiemolie bevat vitamine E. Deze vitamine vermindert o.a. de zuurbehoefte van de weefsels, waardoor vernietiging ervan wordt voorkomen. Waar de bloedtoevoer, die de zuurstof naar de cellen brengt minder wordt, houdt vitamine E die zuurstof vast en houdt zo het leven en het functioneren van de cellen in stand. Brandnetels bevatten veel mineralen en vitamine B, K, kalium, ijzer en calcium. We kunnen nog wel even doorgaan. Maar dan wordt het artikel veel te lang. Laat u eens verrassen door de natuur. Niemand weet precies wat de duif aan vitamines nodig heeft in de ruiperiode dus u kunt hiermee gerust wat rijkelijker omgaan. Dit is de enige periode van het jaar, dat u daar niet voor gestraft wordt.

Voorkomende problemen.

Soms zien we verdraaide of verwrongen slag- of broekpennen in de vleugel. Het is ten zeerste af te raden deze veren te trekken! Je moet echt een specialist zijn om dat goed te kunnen doen, dus blijf er liever vanaf. Voor de vliegresultaten zijn dergelijke kleine haperingen niet van belang, dus…. waarom zorgen maken. Het ruien van de “duimpjes” is van veel groter belang. Deze kromme veertjes houden de vleugel bij elkaar. Ze zijn zeer elastisch en zorgen voor de besturing van de duif bij het landen, het opvliegen en bijsturen tijdens de vlucht. Deze “duimpjes” worden maar 1 x per jaar vervangen. Ze dienen perfect aangesloten op de vleugel te liggen. Als één van deze veertjes uitsteekt in de vliegperiode en u trekt hem eruit, zult u merken: de duif vliegt geen prijs meer. Deze veertjes zijn de afsluiting van het “kunstwerk” dat vleugel heet. Als de duif één van deze veertjes ruit, vliegt ze niet meer en is ze angstig en onzeker.

De broedpennen.

Als de duiven op en top in orde zijn, zullen ze alle broedpennen ruien. Goede gezondheid, goed voer en natuurlijke bijproducten zijn dus van het allergrootste belang. De broedpennen ruien anders dan de slagpennen. Ze ruien paarwijze: 1 plus 10, 2 plus 9 enz. De hoofdrui is eigenlijk pas klaar als de laatste staartpen is gevallen. Dan heeft de duif een geheel nieuw verenkleed. Je merkt dat meteen. De duiven gaan ineens minder voer opnemen. Logisch natuurlijk, want de energie die nodig was voor het aanmaken van al die kleine en grote veren en slagpennen is voorbij.

Einde van de rui.

Als de laatste slagpen half uit is, kunt u geleidelijk overgaan op lichtere voeding of wel wintervoer. Wintervoer dient vezelrijk en eiwitarm te zijn. Eiwitten zijn bouwstenen en in de winter valt er niets meer te bouwen. Dan moeten de duiven er top uitzien. Als u goed geïsoleerde hokken hebt, waar het eigenlijk nooit vriest, dat kunt u lichter voeren dan wanneer u een koud hok hebt, waar regelmatig het water bevriest. De omstandigheden zijn dus per hok verschillend en dus dient u het voer hierop zo nodig aan te passen. Bij relatief warme hokken kan meer gerst, paddy en haver worden gevoerd. Bij erg koude gevoelige hokken tijdens kou wat minder gerst en paddy en wat meer mais. Mais geeft warmte. Ook wat extra vetrijke zaden kan geen kwaad. Maar dan wel de juiste. Van vetzuren met veel omega 3 worden de duiven niet vet. Dat zou u misschien niet verwachten maar dat is echt een feit. Een goede winter of rustmengeling is daarom van groot belang en voorkomt vervetting.

Tijdens de rui kunnen dus aanbevelen; een eiwitrijkere, vetrijkere- en vezelrijke voeding met vooral eiwitten uit vetrijke zaden.

Tijdens de wintertijd als regel: een veel lichtere vezelrijkere mengeling die minder opbouwstoffen bevat (eiwitten uit b.v. peulvruchten). Ook mag deze mengeling wel redelijk vetrijk zijn, maar dan wel met de juiste vetzuren

Geef uw duiven even rust. Ze hebben net een flinke prestatieperiode achter de rug. Daarvoor moesten ze ook al top presteren in de vliegperiode. Doe het even rustig aan en geniet van uw duiven, voordat u ze weer op de kweek zet.

Veel succes.

Willem Mulder.