Ik heb sinds 1973 postduiven dus zit volgend jaar 50 jaar tussen de postduiven.
Maar Sabine is nog een jonkie want ze heeft nu vanaf 2020 de kweekduiven onder haar beheer. Ze is begonnen in 2019 met 1 koppel duiven “Dot en Spot” genaamd.
Het is leuk om te zien dat de “Jonkies”, Sabine in dit geval de duivensport en alles wat ermee te maken heeft aan het ontdekken zijn.
Zo heeft ze al veel meer kennis opgedaan van de verschillende soorten zaden en wat voor een eventuele voordelen deze hebben voor een postduif. Dat brengt ze ook in de praktijk, bij onze kwekers en bij de duiven welke extra aandacht nodig hebben.
Ik moet er zelf niets van weten. Ik heb een voersysteem welke ik gebruik voor onze snelheidsduiven. Tevens heb ik een medicatie systeem opgebouwd waarbij onze vliegduiven heel het jaar schoon zijn en heel het seizoen goed moeten kunnen presteren.
Helaas heb ik de laatste jaren veel contact gehad met de dierenartsen. Reden de jonge duiven. Elk jaar de verplichte paramyxo enting voor alle duiven. Daarnaast voor de jongen 2x de paramyxo enting en dan voor 2 verschillende groepen. De eerste en tweede ronde van de jongen een gezamenlijke enting en voor de derde ronde apart. Daarbij komt nog de paratyfus enting voor de jongen. Ik ken meerdere duivenliefhebbers die hun duiven zelf enten, maar ik heb zelf nog nooit geen duif gespoten en laat dat liever over aan de dierenarts.
Sabine is dus ook aan het kijken naar de vele bijproducten. Als ik op de voorjaarsbeurs kom dan zie ik vaak de bomen door het bos niet meer door de vele bijproducten welke aangeboden worden. Ik hou graag mijn systeem zo simpel mogelijk en verstrek maar een paar bijproducten. (Vitamineral, bak allerhande en roosvicee) Wel heb ik pas twee nieuwe bijproducten geprobeerd omdat een aantal zeer goede duivenmelkers deze ook gebruiken.
Ik vind wel dat de bovenstaande producten veel te duur zijn. Maar aan Sedochol kun je voordeliger aankomen zoals vermeld in mijn blog van 29-10.
Veel bijproducten zijn mooi voor de portemonnee van de verkopende partij maar brengen je vaak geen snellere duiven. Duiven welke niet gezond willen blijven moet je sowieso verwijderen anders kom je nooit bij de kampioenen.
Maar Sabine is nog een “jonge hond” op duivenmelkers gebied en probeert ook meerdere bijproducten uit. Ik vind het prima maar zal ze zelf niet gaan gebruiken.
Dus de 16 koppels kwekers die bij Sabine zitten worden compleet in de watten gelegd. Ze krijgen veel meer verschillende soorten zaden en bijproducten dan onze vliegduiven. In 2023 zullen er ook een 7 tal kweekkoppels bij mij zitten zodat we in totaal maar liefst 23 kweekkoppels hebben zitten. We hebben nu redelijk wat jonge kweekduiven zitten zodat deze de oude ploeg kwekers op termijn kunnen vervangen. Ook selecteren wij elk jaar onze kwekers en vooral bij de jonge kweekduiven zal de uitval nog minstens 50% of meer bedragen. We kijken dan beslist niet wat ze gekost hebben en worden ook niet door verkocht. Wat mij niet past, past een andere liefhebber ook niet.
Sabine stelt de kweekkoppels samen, wel in overleg met mij maar ik stuur zelden bij. De kwekers zijn haar domein en de vliegduiven mijn domein. Overleggen doen we wel. Een mooi voorbeeld zijn de aangewezen duiven, ik kies er twee en Sabine mag vaak de derde duif invullen. Dat is ook het leuke van de duivensport, samen streven naar het hoogst haalbare. Maar dan nog wel zo dat het genieten blijft en dat je geen slaaf van je duiven wordt.
“Jonge honden” moeten de duivensport leren ontdekken en leren om de valkuilen te omzeilen. Na een aantal leerjaren dienen ze structuur aan te brengen in hun systeem van verzorging en begeleiding. Doen de “jonge honden” dat niet, dan komen ze weinig verder in de duivensport en worden ze alleen nog maar meer verleid tot het kopen van nog betere bijproducten, voersoorten enzovoort. Slecht voor hun portemonnee en goed voor de geldwolven die grof geld willen verdienen aan de duivensport.